Een gemeentelijk zwembad kost vandaag handenvol geld. Het openbaar zwembad van Lebbeke, als voorbeeld, kost de gemeente elk jaar 500.000 euro. Dit is 5% van het totale budget van 20 miljoen euro van de gemeente. Vlaams Volksvertegenwoordiger Freya Saeys (Open VLD) diende alvast een vraag om uitleg in bij Minister van sport Philippe Muyters om de zaak aan te kaarten en te vragen naar ondersteuning en financiering, zodat de zwemlessen van kinderen in de toekomst kan blijven gegarandeerd worden.

 

Iedereen weet dat zwemmen gezond is en zeer belangrijk voor de veiligheid van kinderen. Elk jaar verdrinken er nog jongeren. Een steeds groter wordende groep krijgt geen of te weinig zwemles op de basisschool, tegenwoordig leren niet alle kinderen nog zwemmen voor ze twaalf jaar zijn.

Omdat velen reeds nu hun vakantie aan het inplannen zijn staat bij deze gezinnen zwemles hoog op de agenda. Maar het blijkt bijzonder moeilijk om uw kinderen in te schrijven voor zwemles omdat deze reeds maanden op voorhand volgeboekt zijn. Lebbeekse privé-initiatieven, zoals Swim en Aquarius Zwemclub, proberen die leemte op te vullen maar de vraag overtreft ruimschoots het aanbod. “Wij krijgen in Lebbeke ook elk jaar meer en meer zwemmers van buiten onze gemeente omdat er veel zwembaden de deuren sluiten. ” aldus Vlaams Parlementslid Freya Saeys. “Wij willen de zwemactiviteiten binnen de gemeente blijven garanderen”. “Bovendien maken ook meerdere gemeenten, die zelf geen zweminfrastructuur hebben, gebruik van de naburige zwembaden”. “Maar een zwembad runnen kost handenvol geld” vertelt Freya Saeys. “Het Lebbeekse zwembad , als voorbeeld, kost de gemeente elk jaar 500.000€. Dit is 5% op het totale budget van ongeveer 20 miljoen euro van deze gemeente. Deze situatie is niet langer houdbaar, daarom vraagt de burgemeester en vele van zijn collega’s reeds geruime tijd aan de provincie en gouverneur een toelage die de verliezen gedeeltelijk dekt. Tevens wordt er in het Vlaams Gemeentefonds zelfs geen rekening gehouden met de aanwezigheid van een zwembad in een gemeente bij het toekennen van de subsidies.” volgens Freya.

Bij deze problematiek komt ook nog dat steeds meer lagere scholen hun zwemlessen afschaffen. Kleuterscholen zijn niet verplicht om zwemlessen in te richten. In de ontwikkelingsdoelen lichamelijke opvoeding van het kleuteronderwijs staat geen verwijzing naar zwemmen. Maar in de eindtermen voor de lagere scholen is het zwemonderwijs opgenomen. Er staat: “De leerlingen kunnen ongeremd en spelend bewegen in het water, voelen zich veilig in het water en kunnen zwemmen.” Leren zwemmen moet dus op school gebeuren. Ervaring toont aan dat gemiddeld vijftien sessies volstaan. In één schooljaar zou je kind dus moeten kunnen leren zwemmen.” Leren zwemmen moet dus op school gebeuren, maar de praktijk wijst uit dat dit niet zo is.

Freya Saeys wil alvast werk maken van deze problematiek en spreekt Vlaams Minister van Werk, Economie, Innovatie en Sport Phillippe Muyters hierover aan volgende week in het Vlaams Parlement. “We moeten de gemeenten zoveel mogelijk financieel ondersteunen, want momenteel is de situatie niet langer houdbaar. Dit is op zijn beurt nefast voor de ontwikkeling van onze kinderen. Iedere ouder wil toch zijn kinderen in alle veiligheid in een waterrijke omgeving laten spelen “, besluit Freya Saeys