Voor twee op drie mantelzorgers weegt de mantelzorg zwaarder dan vóór de coronacrisis. Meer dan de helft (55%) voelt zich bovendien permanent gespannen. Zo bleek uit een online bevraging (mei 2020) van de HOGENT en het Steunpunt Mantelzorg. Dit zijn waardevolle alarmsignalen om het bij een eventuele tweede golf van het virus beter te doen en de mantelzorgers maximaal te ondersteunen.
Verkleind netwerk
De coronacrisis was voor iedereen een uitputtingsslag, niet in het minst voor mantelzorgers die dag in dag uit voor hun dierbaren klaarstaan. De gevolgen van die uitzonderlijke inspanningen laten zich nu ook voelen. Meer dan de helft van de mantelzorgers besteedt nu meer tijd aan de zorg voor hun dierbare dan voor de crisis. Uiteraard is dit in de eerste plaats gelinkt aan een deel van de professionele zorg die wegviel. Ook de reële angst van vele mantelzorgers om besmet te worden speelt hierin een rol.
Het valt echter op dat niet alleen de professionele externe zorg wegviel, maar vooral ook dat andere steun van buitenaf drastisch verminderde. Terwijl de solidariteit onder de Belgen alsmaar groter werd, werd het netwerk van mantelzorgers steeds kleiner en kleiner. De buurman zette niet langer het vuilnis buiten en de buurvrouw bracht geen brood meer mee van de bakker.
De communicatie van de overheid om je bubbel zo klein mogelijk te houden, schrikte veel mensen af. Het creëerde een maatschappij waarin iedereen zich, uit veiligheidsoverwegingen, louter terugplooide op zijn eigen netwerk. Op het moment dat mantelzorgers het meest nood hadden aan sociaal contact, bleven zij dus in de kou staan.
Lege batterijen
Een werkende vrouw tussen de 40 en 60 jaar: dat is het gemiddeld profiel van de mantelzorger. Naast mantelzorger is zij echter ook mama, dochter, collega en vriendin. Eén op vier mantelzorgers gaf aan dat die verschillende rollen in combinatie met hun job te zwaar waren. Laat staan dat er tijd overbleef om even de batterijen op te laden. Als je weet dat mantelzorgers gemiddeld vijf tot tien jaar voor iemand zorgen, is het cruciaal dat zij ook zichzelf kunnen beschermen. En net dat ontbreekt. Als een goede verzorging voor je zorgbehoevende niet gegarandeerd wordt, kunnen mantelzorgers immers niet met een gerust gemoed uitrusten.
Blinde vlek
Er zijn naar schatting 600.000 mantelzorgers in Vlaanderen, toch blijven zij in media en in de aanbevelingen vaak een blinde vlek. Geheel onterecht, want net zoals verpleegkundigen en artsen zijn ook mantelzorgers aan het eind van hun krachten.
Daarnaast botsten mantelzorgers in hun zoektocht naar informatie op heel wat onduidelijkheden. Het Steunpunt Mantelzorgers kreeg tijdens voorgaande periode maar liefst drie keer meer telefoontjes met allerlei vragen over hun situatie. Zelden werden de mantelzorgers specifiek vernoemd bij versoepelingen van maatregelen. Toch zetten zij in alle stilte hun werk verder, ongeacht hoe ze zich fysiek en psychisch voelden.
In heel wat gemeenten maakte men er een topprioriteit van om alle 80-plussers proactief te bellen. Een mooi initiatief, maar mantelzorgers bereik je met zulke acties evenwel veel moeilijker. Op sommige locaties hebben ze zelfs mensen gecontacteerd die gebruik maakten van een gemeentelijke mantelzorgpremie, maar ook dat is vaak te arbitrair.
Aangepast plan en communicatie
Natuurlijk was de coronacrisis een ongewone situatie waar overheden maatregelen namen die nooit tevoren zijn genomen, maar dankzij verschillende bevragingen werd duidelijk wat de werkelijke impact is van bepaalde maatregelen op de zwaksten in de maatschappij.
Als er een tweede golf komt, zullen we bepaalde zaken anders moeten aanpakken. We moeten onder andere in de communicatie oog hebben voor de kwetsbaren zelf én hun mantelzorgers. Het is noodzakelijk dat mantelzorgers niet meer onder de radar blijven zoals nu jammer genoeg nog te vaak het geval was. We moeten zorgen dat er een gefundeerd plan op tafel ligt om hen te ondersteunen, zodat ze er niet opnieuw alleen voor staan.
Dit opiniestuk verscheen op 23 juni 2020 op Artsenkrant.be