Vlaams Volksvertegenwoordiger Freya Saeys (Open-VLD) trekt aan de alarmbel in het Vlaams Parlement. “We stellen vast dat ondernemen in de kinderopvang onmogelijk is geworden”, zegt Saeys die pleit bij minister Vandeurzen voor een snelle interventie.
Hoewel minister Vandeurzen zich heeft geëngageerd, zowel in de beleidsbrief als in de commissie Welzijn, blijft het momenteel wachten op concrete maatregelen voor de sector. Open-Vld dringt aan dat dit snel gebeurt. “We willen absoluut vermijden dat er nog meer kinderdagverblijven verdwijnen terwijl er zoveel nood is aan bijkomende kinderopvang, zeker in de steden”, aldus Saeys.
Reeds in maart 2011 presenteerde Vlaams minister van Welzijn Jo Vandeurzen zijn eerste actieplan zelfstandige kinderopvang. Daarin klonk het toen dat “de precaire situatie van de zelfstandige kinderopvang de laatste maanden acuut werd, waarna een opsomming volgde van de oorzaken en het structureel gebrek aan economische leefbaarheid.” De minister kondigde vervolgens aan dat met het nieuwe decreet kinderopvang alle problemen van de baan zouden zijn aangezien alle vergunde voorzieningen dezelfde subsidiëring zouden ontvangen, ongeacht hun beheersvorm. De volledige gelijkschakeling van subsidies voor de zelfstandige sector ten opzichte van de erkende gesubsidieerde sector werd pas tegen 2020 voorzien. Wanneer de praktijk echter uitwijst dat een decreet – hoe goed bedoelt ook – het probleem niet oplost en ondernemerschap vooral ontmoedigt, dan dringt een snelle bijsturing zich op, reageert Open-VLD.
Onvoldoende steunmaatregelen
Momenteel is het verschil tussen een basissubsidie voor een vergunde kinderopvang en de subsidie voor een vergunde opvang die inkomensgerelateerd werkt te groot. De subsidie van een zelfstandig initiatief is 578 euro per plaats per jaar. Dit terwijl de vergunde kinderopvang die inkomensgerelateerd werkt 55 euro per plaats per dag ontvangt. “Dat verschil in subsidie overbruggen via ouderbijdragen is niet langer realistisch, ook niet wanneer de initiatiefnemers werken met het sociale zekerheidsstatuut van zelfstandige. De zelfstandige sector dreigt dus finaal ten onder te gaan”, zegt Saeys.
Terwijl het Vlaams regeerakkoord voorziet in steunmaatregelen, heeft minister Vandeurzen zich in zijn beleidsbrief en in de commissie Welzijn bijkomend geëngageerd om dat ondernemerschap mogelijk te blijven maken. Open-Vld dringt aan dat dit snel gebeurt. “Er moet voldoende budget komen voor de basissubsidie en de mogelijkheid van de combinatie van inkomensgerelateerde en niet-inkomensgerelateerde plaatsen binnen één voorziening dient ondersteund te worden”, aldus Saeys.
Knelpunten bij het decreet
Het decreet kinderopvang bevat overigens ook heel wat knelpunten voor de kinderopvang die inkomensgerelateerd werkt en dus meer subsidies ontvangt. “Principes zoals – bestellen is gelijk aan betalen – klinken goed in de oren, maar er is onvoldoende draagvlak gecreëerd bij de ouders. Zij worden dan vervolgens beboet als ze hun aantal respijtdagen hebben opgebruikt”, reageert Saeys. Voorzieningen geven aan dat dit zorgt voor een ware concurrentiestrijd. Wie wat meer middelen heeft kan meer respijtdagen geven dan het minimumaantal van 18 dat de minister oplegt. Voorzieningen waarvan het water reeds aan de lippen staat moeten zich vaak ook houden aan die 18 dagen willen ze financieel niet ten onder gaan.
Volgens Saeys voorziet het regeerakkoord een evaluatie van de knelpunten bij de invoering van het nieuwe decreet. “We vragen een versnelling van die evaluatie en ook bijsturen bij tussentijdse evaluaties. Als bij toepassing blijkt dat ondernemen en flexibiliteit worden afgeremd, dan moeten we snel durven bijsturen,” besluit Saeys.
Bijsturing dringt zich op
Het nieuwe decreet brengt niet minder maar meer regels. Vandaag worden 47.000 kinderen opgevangen door onthaalouders. Voor deze opvangplaatsen is er een grote onzekerheid.
Minister Vandeurzen erkent dat er een probleem is en dat bijsturing wellicht nodig is. Open-Vld dringt aan dat dit snel gebeurt om te vermijden dat nog meer onthaalouders afhaken, “het is niet langer 5 voor 12, het is al lang 12 uur.