HPV, of voluit het Humaan Papillomavirus, veroorzaakt jaarlijks bij zo’n 700 vrouwen baarmoederhalskanker. Daarom worden meisjes rond hun dertiende via het CLB gevaccineerd tegen het virus. Wetenschappelijk onderzoek toont echter aan dat HPV ook bij jongens kanker kan veroorzaken, bijvoorbeeld keelkanker. Om die reden – en een heleboel andere – vaccineren we voortaan best ook onze jongens tegen HPV.
Voor de duidelijkheid eerst even enkele feiten op een rijtje. HPV is een virus dat meer dan honderd varianten of ‘types’ kent. Enkele van die types kunnen kanker veroorzaken. Bij vrouwen is dat voornamelijk baarmoederhalskanker. Maar HPV treft dus ook mannen: 25% van de HPV-kankers komt voor bij mannen, meestal in de vorm van keel-, anus- of peniskanker. Andere types van het virus kunnen dan weer genitale wratten veroorzaken en treffen zowel mannen als vrouwen.
HPV wordt hoofdzakelijk via seksueel contact verspreid. Zo’n 80 procent van de seksueel actieve bevolking wordt in de loop van hun leven geconfronteerd met een HPV-besmetting. De meeste HPV-besmettingen geven geen symptomen en verdwijnen vanzelf weer, maar bij 10% veroorzaakt het virus dus genitale wratten, of in ergere gevallen, kanker. Ook als HPV geen symptomen geeft, blijft het seksueel overdraagbaar en kan je dus – ongewild en ongeweten – een bedpartner besmetten.
Maar er is goed nieuws. Het vaccinatieprogramma voor meisjes is een bijzonder groot succes. Zo’n 90% van de meisjes wordt gevaccineerd via het CLB, hoewel vaccinatie niet verplicht is. Binnenkort zal een nieuwe vaccin, dat recent op de markt kwam, zal worden gebruikt. Dat vaccin beschermt tegen nog meer HPV-types – waaronder ook genitale wratten. Op die manier wordt het overgrote deel van de meisjes dus beschermd tegen de meest risicovolle HPV-types. Jongens zijn dat momenteel niet – en dat is om meer dan één reden een probleem.
De eerste reden is louter medisch. Zoals al gezegd, treft 25% van de HPV-gerelateerde kankers mannen. Bovendien komen genitale wratten even vaak bij mannen als vrouwen voor. Ook jongens verdienen dus beschermd te worden tegen HPV-infecties, liefst op grote schaal via de schoolvaccinatieprogramma’s. Dat zei ook de Hoge Gezondheidsraad al in hun advies van september 2017.
Een bijkomende reden om ook jongens te vaccineren is om het risico op verspreiding verder in te dammen. Zo kunnen jongens het virus nog altijd oplopen én verspreiden, zeker in het geval van homoseksuele contacten. Géén van beide partners is dan namelijk gevaccineerd, wat het risico op besmetting uiteraard groter maakt.
En dan is er nog een belangrijk issue rond perceptie. Doordat meer en meer mensen zich ervan bewust worden dat HPV seksueel overdraagbaar is, ontwikkelt zich stilaan een taboe rond het virus. En dat terwijl 80% van de seksueel actieve bevolking op een bepaald moment een HPV-infectie oploopt. Net omdat HPV in de taboesfeer dreigt te geraken, is het gevaarlijk om énkel meisjes te vaccineren. Mogelijk ontstaat dan de perceptie dat het enkel meisjes zijn die het virus verspreiden en oplopen, en dit door promiscue gedrag – of dat een vaccinatie promiscue gedrag juist zou aanmoedigen. Die perceptie mag dan wel manifest onjuist zijn, éénmaal genesteld in de overtuiging, valt ze moeilijk ongedaan te maken. Ook daarom is het noodzakelijk dat we meisjes én jongens vaccineren. Niet enkel omwille van medische redenen, maar ook omdat we absoluut moeten voorkomen dat meisjes onterecht ‘de schuld’ krijgen van een opgelopen of doorgegeven HPV-infectie.