Woonzorgcentra in de ouderenzorg nemen vandaag de dag verschillende juridische organisatievormen aan. Zo heb je naast vzw’s ook openbare besturen en verschillende organisatievormen van private, andere dan vzw’s, initiatiefnemers. Uit recente cijfers, die Freya Saeys bij de minister van Welzijn Vandeurzen heeft opgevraagd, blijkt dat het aantal woongelegenheden in openbare woonzorgcentra nauwelijks toeneemt en hun dagprijzen nog steeds aanzienlijk lager zijn.
Freya: “Uit de cijfers merken we dat het aantal woongelegenheden in openbare woonzorgcentra nauwelijks nog toeneemt en hun dagprijzen nog steeds aanzienlijk lager zijn dan in de andere centra voor ouderenzorg. Tezelfdertijd constateren we een grote groei van het aantal woonzorgcentra beheerd door vzw’s.
De verhoudingen tussen de aanbieders blijft quasi dezelfde: Grootste aanbieder in 2015 blijven de VZW’s (41.139 woongelegenheden in 428 woonzorgcentra), gevolgd door de openbare besturen (24.552 woongelegenheden in 224 woonzorgcentra). De puur private sector blijft het kleinst met 10.711 woongelegenheden in 126 centra voor ouderenzorg.
Veel interessanter is de evolutie van de afgelopen 4 jaar. Er kwamen de afgelopen jaren 7.558 bedden bij waarvan er niet minder dan 5.231 bedden gingen naar VZW’s en 1.970 naar de privé terwijl de openbare besturen slechts 357 bijkomende bedden realiseerden. Belangrijk daarbij is op te merken dat het aantal woonzorgcentra dat wordt uitgebaat door openbare besturen de afgelopen vijf jaar zelfs afnam met 5 eenheden.
“Woonzorgcentra met openbaar bestuur lijden grote verliezen door hoge personeelskosten”
Deze tragere groei hangt onmiskenbaar samen met de grote verliezen die heel wat openbare centra voor ouderenzorg leiden als gevolg van een duurdere personeelskost. Gemeenten hebben het budgettair steeds moeilijker waardoor ze wellicht minder geneigd zijn zelf nog een nieuw woonzorgcentrum op te zetten, maar eerder op zoek gaan naar private partners, hetzij een VZW hetzij een privé-partner.
Freya: “De gemiddelde dagprijs van een verblijf in een woonzorgcentrum blijft toenemen bij alle organisatoren, maar hij blijft het laagst bij OCMW’s. De lage dagprijs van de openbare centra geven natuurlijk een vertekend beeld omdat OCMW’s de tekorten van openbare woonzorgcentra aanzuiveren. De reële prijs ligt dus een stuk hoger. De prijs in de openbare centra steeg ook iets minder snel dan in de andere: 5% versus 7%.”
In 2014 bedroeg de gemiddelde dagprijs in een openbaar woonzorgcentrum 46,34 euro, in een VZW-woonzorgcentrum 52,01 euro en in een privé-woonzorgcentrum 49,44 euro.