Gezinnen doen steeds vaker een beroep op opvang voor en na schooltijd en tijdens de schoolvakanties. Met een nieuwe decreet willen de Vlaamse meerderheidspartijen de gemeenten een belangrijke regierol geven. “Dat moet zorgen voor een betere afstemming tussen opvang, school, maar ook verengingen. Zo komt er een ruimer aanbod voor de kinderen,” zegt Vlaams Volksvertegenwoordiger Freya Saeys die het voorstel indiende.
“Buitenschoolse opvang en activiteiten maakt een goede combinatie mogelijk van werk en gezin voor tal van ouders,” zegt Freya Saeys. “Maar er is veel meer: buitenschoolse activiteiten moet kinderen een leuke vrije tijd bieden en kansen om deel te nemen aan de samenleving. Op die manier kunnen ze zich verder ontplooien en kunnen kinderen met een specifieke zorgbehoefte versterkt worden.”
Buitenschoolse opvang wordt vaak georganiseerd in scholen na de schooluren. “Op veel plaatsen bestaan er goede voorbeelden van afstemming met het verenigingsleven. Kinderen die vanuit de opvang naar de sportclub kunnen of de kans krijgen hun favoriete instrument te bespelen in de muziekschool,” legt Saeys uit. Met het decreet krijgen de lokale besturen de regierol én de middelen om de afstemming tussen de opvang en de buitenschoolse activiteiten waar te maken. Het doel is om kinderen na schooltijd mogelijkheden te geven deel te nemen aan allerlei andere activiteiten.
Dat de lokale besturen versterkt worden in hun regierol vinden de indieners een logische stap. Het lokaal bestuur staat het dichtst bij de burger en is het best geplaatst om beleidsdomeinoverschrijdend te werken. “We geven gemeenten de opdracht en vooral, voor het eerst, ook de middelen om kinderen en jongeren voor en na de school een divers aanbod van activiteiten aan te bieden,” aldus Saeys.
Inspiratiekader en kwaliteitslabel
“Natuurlijk wensen we ook dat de buitenschoolse opvang op een kwalitatieve manier gebeurt,” benadrukt Freya, “Daarom zal de Vlaamse overheid, in samenspraak met relevante actoren, een inspiratiekader uitwerken voor een geïntegreerd aanbod aan buitenschoolse activiteiten. Noem het gerust een gids met praktische handvatten en goede voorbeelden. Niet verplicht, maar wel een handig hulpmiddel.”
Voor de organisatoren van kleuteropvang wordt een kwaliteitslabel uitgewerkt dat organisatoren vrijwillig kunnen aanvragen. “Organisatoren van opvang met een kwaliteitslabel bekomen nog een afzonderlijke subsidie. Daarmee willen we zekerheid geven aan aanbieders van kwalitatieve opvang van kinderen op kleuterleeftijd, die nog een grote behoefte hebben aan een ‘veilig nest’, zorg en begeleiding,” aldus Saeys. “Het is belangrijk om te blijven inzetten op voldoende kwaliteitsvolle kleuteropvang.”
Het decreet treedt (uiterlijk) in werking op 1 januari 2021. Dat geeft de lokale besturen en alle aanbieders van buitenschoolse opvang en activiteiten de mogelijkheid om zich goed voor te bereiden op wat komt. Voor de huidige gesubsidieerde opvanginitiatieven, zoals initiatieven voor buitenschoolse opvang (IBO’s), wordt een overgangstermijn van zes jaar voorzien in het decreet, waarin zij nog beroep kunnen doen op de huidige middelen. Nadien worden die mee ingekanteld in de subsidie aan de lokale besturen.