In het heetst van de strijd staan de stuurlui in het oog van storm. Dat is in deze crisis niet anders. Kritiek hoort er nu eenmaal bij als beleidsmaker, onwaarheden dienen daar evenwel niet bij te horen. Er steken de laatste paar dagen veel geruchten de kop op dat de gewijzigde teststrategie het gevolg zou zijn van onvoldoende testcapaciteit. Te kort door de bocht: de overbelasting van de labo’s is één zaak, maar de hoofdreden om de teststrategie te wijzigen is de onhoudbare druk op de eerste lijn.
Zowel huisartsen als labo’s worden dagelijks overspoeld, waardoor het soms tot vier à vijf dagen duurt voor de testresultaten komen. En dat is veel te lang. Terwijl de stijgende cijfers als een hete adem in de nek verder escaleerden, was men wel gedwongen het testen over een andere boeg te gooien. Het Interfederaal Comité nam daarom de beslissing het testen van asymptomatische hoogrisicocontacten en teruggekeerde reizigers tijdelijk on hold te zetten. Dit is evenwel geen vrijgeleide voor deze mensen om te doen wat ze willen: zij moeten verplicht 10 dagen in quarantaine. Deze weloverwogen beslissing komt er om de prioriteitsgroepen zeker te kunnen opsporen bij uitbraken in woonzorgcentra, scholen of bedrijven en bij het preventief screenen van nieuw opgenomen patiënten in woonzorgcentra en ziekenhuizen. Ook symptomatische personen en zorgpersoneel worden nog steeds getest. Dit alles om een ervoor te zorgen dat de doorlooptijd versnelt en geteste mensen niet dagenlang op hun resultaat hoeven te wachten.
Motiveren, wie het goed doet zal het leren
Testen en contactopsporing is onze eerste verdedigingslinie. Akkoord, maar als het virus zo massaal in de maatschappij circuleert, dan komt er een moment waarop de dijken breken. We mogen dan zoveel inspanningen leveren als we willen, maar met testen alleen kom je er dan niet meer. Als mensen zich niet aan de basisregels houden en de quarantaineregels aan hun laars lappen, dan verspreidt het virus zich met zo’n rotvaart dat we dweilen met de kraan open.
Ik merk tot op vandaag dat heel wat mensen de basisregels nog steeds niet kennen of (willen) begrijpen. De concrete toepassing van de quarantaine blijkt een heikel punt. En dat baart mij zorgen, want dit is echt wel de sleutel om een verdere verspreiding tegen te gaan. Alle inspanningen om extra testcapaciteit te creëren, worden teniet gedaan als mensen zich niet aan de regels houden.
De algemene motivatie onder de bevolking zwakt af. We moeten er dan ook alles aan doen om deze weer op te krikken. Eind vorige week besliste men om enkel besmette personen nog telefonisch te contacteren. Personen met een hoogrisico contact zouden voortaan enkel nog een sms ontvangen. Wat mij betreft is een sms niet dwingend genoeg om mensen aan te manen in quarantaine te gaan. Maar er zijn ook positieve signalen: de Vlaamse regering voorziet voor lokale contactopsporing een vergoeding van 100 euro per indexpersoon die ze contacteren. Op die manier wil ze de lokale contactopsporing versterken. Ik juich dit initiatief toe. Een telefonisch of ‘live’ contact via een huisbezoek is nog steeds van onschatbare waarde om de quarantaineperiode van 10 dagen bij een vermoedelijke besmetting te respecteren.
Sneltests brengen soelaas
We moeten ook niet fatalistisch doen: België staat in de Europese top drie qua testing. Ging het in maart nog om 4.000 tests per dag, dan zijn dat er nu 70.000. Dat moet eind dit jaar naar 100.000. Door de explosie van de pandemie heeft de groeiende testcapaciteit inderdaad wel moeite om te volgen. Reagentia vormen daar vooral een probleem. Door de grote druk op de wereldmarkt kunnen veel leveranciers hun garanties niet nakomen. Daarom ging men ook over tot de aankoop van sneltests. Het eerste half miljoen antigeen sneltests wordt volgende week geleverd. Daar komen er nog eens vier miljoen bij. Ook Vlaanderen engageerde zich om sneltests aan te kopen. De bedoeling is om deze op korte termijn in te zetten in o.a. collectiviteiten en scholen. De taskforce buigt zich momenteel over een strategie.
Een sneltest is natuurlijk geen wondermiddel: ze zijn iets minder betrouwbaar dan de gangbare PCR-test. Daar staat wel tegenover dat je veel en snel kunt testen. De tests zijn het meest betrouwbaar wanneer het virus in sterke mate aanwezig is. De test kost ook beduidend minder dan een PCR. Het grote pluspunt is uiteraard de snelheid: na hoogstens een halfuur weet je waar je aan toe bent.
Team effort
Huisartsen staan al een hele tijd onder ongelooflijke druk en waren vragende partij voor een aangepaste teststrategie omdat zij de afname van tests niet meer gebolwerkt kregen. Hoe dan ook moeten er andere profielen ingeschakeld worden: thuisverpleegkundigen, logopedisten, vroedvrouwen… Alle hulp is welkom om de huisarts te ontlasten. Onze eerstelijnszorgverstrekkers voelen zich vermoeid en hebben slaaptekort. De afname van tests, de administratieve rompslomp en de consulten samen: dat is te veel gewicht op de schouders van de huisarts.
Alle bovengenoemde redenen dwongen de beleidsmakers tot een wijziging van koers rond de testing. Wie dus beweert dat de onvoldoende testcapaciteit de grote boosdoener is voor de nieuwe teststrategie, kent niet het hele verhaal. Het personeel wordt niet zonder voldoende wapens de strijd ingestuurd, maar laten we niet vergeten dat dit alles een team effort is. De overheid zorgt voor (snel)tests, medische omkadering, noem maar op, maar iedereen bezit een deel van de oplossing. Zonder motivatie van de burger zal zelfs de grootste testcapaciteit niet volstaan.
Het is vijf na twaalf en dan blijf je – met of zonder avondklok – in je kot. Niet om een boete te vermijden, maar wel om je steentje bij te dragen aan een gezondere toekomst voor ons land en voor alle zorgverleners in de frontlinie.